Het oude Kerkje

Dit laatgotische hallenkerkje ligt op een kerkheuvel op de kruising van de wegen Brunssum-Herzogenrath en Eygelshoven-Schaesberg-Heerlen. Om de kerk ligt een grasveld met bomen en er staan tegen de kerkmuur nog enkele oude kerkhofkruisen.  
Het eerste gebouw dat er gestaan heeft, moet wel van hoge ouderdom geweest zijn. Van dit oudste bouwwerk zijn nog resten te zien aan de onderkant van de noordelijke muur en vooral aan het onderste gedeelte van de toren. De toren is tot een hoogte van ongeveer dertien meter opgetrokken uit kolenzandsteen, die met veldkeien in ongelijk verband gemetseld is.

Er zouden zelfs Romeinse bouwfragmenten in verwerkt zijn. Het is een zogenaamde weerbare toren, daterend uit de elfde of de twaalfde eeuw, een der oudste dus van ons land uit de Romaanse bouwperiode. Dit soort toren had van buiten geen ingang, alleen enkele zeer kleine lichtopeningen. De tegenwoordige deur is dan ook van latere datum. Een losse ladder verschafte vanuit het inwendige van de kerk toegang tot de verdieping. In de uiterste nood vluchtte men dan op de bovenverdieping en trok de ladder daarna op. Ook diende hij in gevaarlijke tijden tot het bergen van have en goed. Men gebruikte daarvoor zelfs een groot gedeelte van de kerk. In 1614 had dit zo’n omvang gekregen, dat men in de kerk niet meer kon knielen of staan. 
Aan de zuidkant van het kerkje bevindt zich een dichtgemetselde toegang tot het koor met daarboven een brede stenen latei met de volgende inscriptie:

In altera nativitatis Johan(nis)   Daags na de geboorte van Johannes 
anno 1507, Gerad Vas              in het jaar 1507, Gerard Vas

De steen werd dus op 25 juni 1507 geplaatst, toen Gerard Vas pastoor was en geeft het begin aan van de bouw van het gotische koor. Een aantal jaren na de voltooiing van het koor werd het kerkgedeelte tussen de oude toren en het nieuwe koor afgebroken en vervangen door een gotische bouw die aansloot bij de stijl van het koor. De gewelven zijn in 1746 vernieuwd met gebruikmaking van de oude kraagstenen met koppen. 
In 1807 dreigde de toren om te vallen, zodat restauratie nodig was. In 1823 werd de toren hersteld en het dak vernieuwd. De oude ingang van het kerkje bevond zich vroeger in de zuidelijke muur en is nu dichtgemetseld. Hierboven bevindt zich een nis, waarin zich een stenen replica van de eiken reliekbuste van St. Joannes de Doper bevindt. 
Nadat het kerkje tot 1922 als parochiekerk had dienst gedaan, werd het in 1932 door de gemeente Eygelshoven aangekocht, omdat het gebouw slecht onderhouden was. De kerk kwam onder Monumentenzorg en werd in 1939 grondig gerestaureerd, waarbij het oude oksaal werd verwijderd.  Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het kerkje ten gevolge van granaatvuur zwaar beschadigd, waarbij ook de oorspronkelijke gebrandschilderde ramen vernield werden. 
In 1948 werd de parochie weer eigenaar en in 1970 verkocht het kerkbestuur de kerk weer aan de gemeente voor het symbolische bedrag van één gulden. Bepaald werd dat het kerkje haar bestemming behield. Na veel vrijwilligerswerk en een schilderbeurt van het interieur, werd  het kerkje in 1989 weer in gebruik genomen voor de viering van de zondagse hoogmis. In 1999 werd het huidige oksaal gebouwd, dat op veel zondagen door de Schola wordt gebruikt tijdens de Latijnse hoogmis. Een belangrijke verfraaiing van het gebouw vond plaats in 2003 en 2004, toen de nieuwe glas-in-lood ramen zijn geplaatst. Tegenwoordig wordt het kerkje ook nog veel gebruikt voor bijzondere kerkelijke diensten, vooral bij huwelijken.  

Scroll naar boven